Arbodienst & Kosten Arbopas

Problemen bij Arbodiensten, uitkeringsinstanties en reïntegratiebedrijven

Arbodiensten zijn coördinatiecentra voor preventieve gezondheidszorg in het bedrijfsleven. In veel organisaties wordt ‘hard en met hart’ gewerkt maar toch zijn er door wettelijke verplichtingen vaak problemen die met elkaar samenhangen en uitdagen tot ‘time-management’. Vergelijkenderwijs doen zich volstrekt analoge situaties voor bij uitkeringsinstanties zoals het UWV en bij reïntegratiebedrijven. Kernproblemen zijn het gebrek aan transparantie met betrekking tot de gegeven adviezen. Deze instellingen worstelen vaak met ernstige organisatorische en financiële moeilijkheden zoals blijkt uit de recente ontslaggolf bij het UWV:

  1. Onvoldoende bedrijfs- en verzekeringsartsen;
  2. Veel ziektewetbegeleiding …weinig tijd voor preventief gezondheidsonderzoek;
  3. Veel tempodruk en niet-medische neventaken;
  4. Gebrekkig overleg met behandelende artsen door ingewikkelde privacyprocedures;
  5. Wekenlange wachtlijsten voor vervolgconsulten;
  6. Bedrijfsverpleegkundigen en andere medewerkers die spreekuur houden maar niet kunnen onderzoeken;
  7. Onpersoonlijke communicatie met onbekende werkgevers;
  8. Frequente verwisseling van diensten en hulpverleners;
  9. Goedkope contracten;
  10. Geen geld voor noodzakelijk vervolgonderzoek of preventie;
  11. Fixatie in ziektegedrag;
  12. Pressie tot ‘medicalisering’ van arbeidsconflicten;
  13. Geen zicht op voorgeschiedenis door gebrekkige dossiers;
  14. Slechts sporadisch sollicitatieonderzoek voor ‘mensen met een vlekje’;
  15. Veel papierbergen, administratieve rompslomp en ICT leiden af van medische taken;
  16. Wet Verbetering Poortwachter: Een voortreffelijke wet. De verslaggeving maakt communicatie tussen alle belanghebbenden echter ingewikkeld en mist de ‘helikopter’- methodiek van de Arbopas;
  17. De belanghebbende werknemer, van wie een actieve rol wordt verwacht bij zijn reïntegratie – bezit geen duidelijk overzicht van zijn vaardigheden en beperkingen;
  18. Last but not least: veelal nog weinig animo voor preventief onderzoek van oudere werknemers.

Oplossingen voor Arbodiensten

Uit eigen ervaring in de metaalindustrie (Hunter Douglas Europe) bleek dat het ziektecijfer door het consequent registreren en verstrekken van belastbaarheidprofielen aan werknemers rond 30 procent lager was dan in vergelijkbare industrieën en dat de toestroom naar de WAO hierdoor aanzienlijk kon worden beperkt. Jarenlange studie toonde eveneens aan dat bij rond 20% van de werknemers kleinere of grotere handicaps aanwezig waren die gerichte arbeidsadviezen noodzakelijk maakten. Het ziektecijfer van werknemers met een gehonoreerd arbeidsadvies was niet hoger dan werknemers zonder vlekje.

Metafoor: bij strikte inachtneming van verkeersregels zijn er minder verkeersongevallen

Invoering van Arbopassen zal leiden tot een verbetering van de organisatiestructuur en efficiëntie van Arbodiensten. De Arbopas is een praktisch en gebruiksvriendelijk instrument dat de belasting en belastbaarheid van een werknemer duidelijk in beeld brengt. Communicatie over de inzetbaarheid van een werknemer wordt door de pas vereenvoudigd. Men zal meer grip krijgen op ziekteverzuim en doorstroming al dan niet partiële arbeidsongeschiktheid.

Het simplistische, tijdrovende en niet functionerende Ziektewetmodel al sterk verbeterd in de laatste decennia en gebaseerd op ‘gezond = werken’ en ‘ziek = niet werken’ zal door gebruik van de pas geleidelijk aan nog meer plaats maken voor verzuimpreventie. Door gebruikmaking van de Arbopas kunnen jaarlijks de medische vaardigheden en de beperkingen van vele duizenden werknemers en werkzoekenden in kaart worden gebracht.

Belangrijkste doelgroepen: werknemers die in arbeidsongeschiktheidswetten zijn, werknemers met belastende beroepen en oudere werknemers. Met hulp van professionals hoeft het opstellen van een pas slechts weinig tijd te vergen. De bestede tijd en aandacht wordt ruimschoots beloond door een verbeterde integratie in arbeid. Zowel werknemer als werkgever worden door gebruikmaking van de pas geholpen en Arbodiensten en verzekeringsinstanties functioneren efficiënter en meer gestructureerd. Zij leveren door gebruikmaking van de pas een praktisch instrument ter verhoging van de inzetbaarheid.

De Arbopas is een duidelijk herkenbaar instrument dat bijdraagt aan verzuimpreventie. Werknemers worden niet buiten hun medeweten betutteld.

Betere communicatie

De arbopas kan een belangrijke rol spelen bij het realiseren van de door velen geambieerde meer integrale gezondheidszorg. De communicatie tussen sociaal-geneeskundigen en behandelende artsen, maar eveneens tussen sociaal-geneeskundigen en werkgevers, kan door het invoeren van de pas worden verbeterd. De eigenaar van de pas wordt niet buiten zijn weten door anderen betutteld, maar vervult een zelfstandige rol bij zijn (re)integratie in arbeid. Hij krijgt een handleiding waarin wordt vermeld hoe en in welke omstandigheden de pas het meest doeltreffend kan worden gebruikt. Hij kan behandelende artsen laten meedenken over een gegeven arbeidsadvies. De sociaal-geneeskundige staat immers steeds open voor collegiaal overleg en voor preventieve adviezen van artsen uit de curatieve sector. De in een arbopas opgevoerde werkadviezen kunnen, indien de eigenaar hiermee instemt, worden opgeslagen in een personeelsbestand. De aard van een ziekte valt onder de medische geheimhoudingsplicht. Daarentegen moet een arbeidsadvies (om de wet te kunnen uitvoeren) bekend zijn bij een werkgever. Bij waarborgen voor anonimiteit kan dit ook in gezondheidsstatistieken plaatsvinden: Beter vroege en vruchtbare integratie dan te late en te kostbare reïntegratie.

Als twee druppels water

De klassieke belastbaarheidsprofielen uit de bedrijfsgezondheidszorg, oorspronkelijk bedoeld om werknemers te beschermen én op hun capaciteiten te wijzen, lijken als twee druppels water op de profielen die verzekeringsgeneeskundigen al decennia lang hanteren bij het inschatten van de mate van arbeidsongeschiktheid. Sinds jaren discussiëren verzekeringsgeneeskundigen en bedrijfsartsen over een betere samenwerking. In mijn ogen zou ‘herwaardering en popularisering van belastbaarheidsprofielen’ bij deze discussies een belangrijk en uitdagend agendapunt kunnen zijn. De profielen zijn gebaseerd op de deductieve redeneertrant in de wetenschapsleer, die vooral in de wiskunde wordt toegepast. Zij gaan namelijk uit van in de wet verankerde algemene gezondheidsprincipes en vandaar naar de praktische toepassing ervan. Het is een goede zaak als de overheid de geschetste overlegstructuur propageert en ondersteunt. Omdat het woord ‘belastbaarheidsprofiel’ wat moeilijk hanteerbaar is in het dagelijkse spraakgebruik, stelde ik reeds eerder voor zo’n profiel ‘arbopas’ te noemen. Dit woord ligt gemakkelijker in de mond en refereert aan de Arbowet en aan passende arbeid.

Voor uitgebreidere informatie:
» Eén der artikelen over de Arbopas in het artsenblad Medisch Contact (KNMG)
» Literatuur, referenties en c.v.

Verschillen tussen de Arbpas enerzijds en het belastbaarheidsprofiel van artsen anderzijds

  1. De pas blijft niet in een medisch dossier, maar wordt ter hand gesteld aan de werknemer of werkzoekende als personlijk eigendom.
  2. De pas biedt de bezitter een praktisch instrument om actief mee te werken aan zijn/haar integratie of reïntegratie en biedt de werkgever de gelegenheid de juiste man op de juiste plaats in te zetten.
  3. De pas is sterk toegespits op praktisch gebruik, omschrijft werkadviezen en is voorzien van een duidelijke gebruiksaanwijzing.
  4. De pas vergemakkelijkt het vaak moeizame, dure en tijdrovende overleg bij de vaak noodzakelijke samenwerking tussen bedrijfsartsen en artsen uit de behandelende sector en het contact met arbeidsdeskundigen en andere deskundigen op het gebied van curatieve of preventieve zorg. De Arbopas biedt een praktische aanvulling op de al in maart 2002 uitgebrachte leidraad voor Sociaal Medische Begeleiding van Arbeidsverzuim (TNO Arbeid, in samenwerking met de LHV en de NVAB). Vaak zal door gebruikmaking van de Arbopas de werknemer zelf het initiatief nemen tot contacten!
  5. De pas geeft aan voor welke arbeid of werkomstandigheden reeds wettelijke voorschriften bestaan m.b.t. maximaal toegestane belasting.
  6. De pas kan worden vertaald waardoor frequent voorkomende stagnerende communicatie met mensen die geen Nederlands spreken aanmerkelijk kan worden verbeterd.
  7. Met de duizenden bedrijfsartsen en verzekeringsartsen die Nederland telt, is het – met eenvoudige verbeteringen in de organisatiestructuur van Arbodiensten en verzekeringsinstanties – realiseerbaar in relatief korte tijd de belastbaarheid van vele tienduizenden ‘mensen met een vlekje’ in kaart te brengen. Dit met uitdrukkelijke waarborgen voor privacy.
  8. Statistische bewerking van anoniem gemaakte passen geeft meer inzicht in de arbeidsproblematiek van veel werknemers of werkzoekenden en kan leiden tot doeltreffende overheidsmaatregelen.
  9. Passen kunnen eveneens worden opgeslagen in een vertrouwelijk personeelsbestand…. Praktijkvoorbeeld: een ploegbaas of leidinggevende dient te weten voor welke taken een medewerker al dan niet kan worden ingezet. De medische achtergrond valt uiteraard onder de geheimhoudingsplicht.
  10. Alle opgesomde gebruiksmogelijkheden werken tijd- en kostenbesparend.

Kosten

De Arbopas werd niet ontworpen als een klapstuk voor ‘booming business’ maar met het sociaal geneeskundige doel om werknemers enerzijds zonodig doeltreffend te beschermen, anderzijds om hen te laten woekeren met hun talenten. De merkregistratie vond primair plaats om het – helaas zeer veelvuldig voorkomend – ‘kapen van een gedachtegoed’ te voorkomen. De uitvinder van de Arbopas bezit hiervan een pregnant voorbeeld.

De ontwerper van de Arbopas zou veel liever zien dat overheid en politiek – die vaak voor meer transparantie pleiten – de idee van de Arbopas integraal overnemen en hiervoor een passende vergoeding geven. Dat is beduidend efficiënter en goedkoper dan het steeds weer in het leven roepen van allerlei peperdure commissies. Ook veel beter dan de veel voorkomende ‘haasje over’ wetgeving die hier het gevolg van is. Het adagium “pas het werk aan aan de werker”, expliciet in de Arbowet opgevoerd, kan men – bij honderdduizenden mensen met een vlekje – niet omzeilen. Evenmin als de naleving van verkeersregels om de verkeersveiligheid te verbeteren.

Bij de behandeling van het Wetsvoorstel Medische Keuringen tijdens Paars I en II was er een unanieme meerderheid (!) in de Tweede Kamer die invoering van een Arbopas (toen nog niet geregistreerd als merk) voor werknemers ondersteunde. Helaas leidde deze verbale ondersteuning niet tot een veranderde regelgeving en praktische toepassingen. Wel boekte de ontwerper van de Arbopas een niet onbeduidend resultaat. Het feit dat werkgevers aan solicitanten geen medische vragen mogen stellen is uitsluitend te wijten aan het toenmalige gelobby van de ontwerper van de Arbopas, onder andere naar de Tweede Kamer. De ontwerper van de Arbopas sprak in 1994 voor de Nationale Commissie Chronisch Zieken in de SER en presenteerde in die periode veel publicaties in politiek en pers. Na invoering van de Wet medische keuringen raakte de idee van de Arbopas helaas volledig in vergetelheid.
De Arbopas is een handreiking naar overheid, politici, sociale partners, juristen, economen en al diegenen die het sociale beleid bepalen, om – in nauwe samenwerking met artsen – meer sociaal geneeskundig te denken en het leger van inactieve mensen te helpen verminderen. Gebruik van de Arbopas kan door de verhoogde arbeidsparticipatie die er het gevolg van is, veel sociale fricties voorkomen. Voor de overheid is de invoering van de pas sterk kostenbesparend en gemakkelijk te realiseren, onder andere door het verspreiden van voorlichtingsbrochures en via Postbus 51.

Voor reacties of meer informatie:
Wolfgang Kotek, gepensioneerd arts
Manegelaantje 7
3062 CV Rotterdam
Telefoon 010 2420277
Email info@arbopas.nl